Translate my blog

maandag 22 november 2010

Theater aan huis - Rome

Woonkamer als theaterzaal - regisseur Matteo ziet het helemaal zitten.


Het is slechts negen in de ochtend, en toch voel ik de spanning al in huis: vanavond zullen twee acteurs hier (d.i. de woonkamer van mijn Romeinse gastheer Andrea) hun ding doen: een dialoog over mannen en 50 worden. Verwachte publiek: een vijftiental vrienden en collega’s. Andrea is bij mijn ontwaken al druk in de weer: ontbijt in potjes en bordjes op tafel, koffie geurt in het keukentje. Ik schuif dankbaar aan. Eens aan tafel, overvalt hij me met het verdere verloop van de dag: jij en ik gaan de woonkamer ombouwen tot een theaterzaal. Er moet gepoetst, gekookt en gesleept worden (dit laatste met meubels). Gekookt omdat het publiek ook uitgenodigd is voor een hapje en een drankje achteraf. Ik zucht. Ik vind het helemaal niet erg om hard te werken, maar ’s ochtends moeten ze me vijf minuten met rust laten. Eerst wakker worden. Mijn geest is nog niet klaar voor het ontvangen van allerlei instructies.

Andrea trekt de ijskast open en overloopt hardop de inhoud: water, wijn, pasta, ham, kilo’s brood, mozzarella, tomaat, basilicum, olijfolie …  Driedubbel check. Alles onder controle. Gelukkig hebben we dat gisteravond al gedaan: met een lange boodschappenlijst de supermarkt ingetrokken.
Vegen: mijn kamer, want die wordt kleedkamer voor de acteurs. Schuren: de badkamer, want die wordt ook eveneens ingenomen door de acteurs.
Om half vijf in de namiddag arriveren de acteurs en de regisseur/schrijver Matteo Martone. Deze laatste benoem ik met opzet met voornaam en familienaam omdat hij vorige week zijn eerste boek publiceerde (de titel ben ik uiteraard vergeten, als het op feitelijke gegevens aankomt word ik acuut dement). Samen verplaatsen we meubels en er ontstaat al gauw een discussie over de plaatsing van het voetlicht, de muziekboxen, de stoelen en sofa’s voor het publiek. Mijn gastheer heeft er duidelijk moeite mee dat anderen zijn meubels versleuren. Ik kan een glimlach niet onderdrukken, want ondertussen begrijp ik voldoende Italiaans om de verhitte discussies te volgen.

Een uurtje later druppelen de gasten één voor één binnen. Collega’s en vrienden. Stuk voor stuk behoren ze tot de uitverkoren familie die ‘RAI’ heet. De ene is producer, de andere regisseur, schrijver of programmamaker, kortom het zijn de mensen die beslissen wat de Italiaanse televisiekijker op zijn dagelijkse bord krijgt. En het moet gezegd: de kennismaking met deze mensen geeft een behoorlijk nieuwe dimensie aan mijn televisiekijken hier. Alsof ik letterlijk achter het televisiescherm kan kijken. 
Het verdere verloop van de avond is een persoonlijke triomf: het toneelstuk begrijp ik volledig, ik ben zelfs mee met de humor, en achteraf feliciteer ik de acteurs (in het Italiaans).
Tijdens het hapje en het drankje achteraf voer ik boeiende gesprekken, waaronder een lang gesprek met de schrijver/regisseur Matteo. Over zijn debuut van vorige week, over zijn plannen om er een film van te maken, over schrijftechnieken, het opbouwen van personages en het nut van psychotherapie. Hij praat en praat in het Italiaans, ik antwoord of stel vragen in een mix van Italiaans en Engels (mijn begrip van het Italiaans is uitstekend, maar spreken ... ik ben niet zo'n durver ... tja ... wel ... ach). 

Toch ben ik tegen het eind van de avond absoluut tevreden: het was voor mij de eerste keer dat ik me volledig veilig voelde in de taal. Oké, er zijn dan misschien drie jaar van wekelijkse avondlessen aan voorafgegaan, maar toch, ondergedompeld worden in het Italiaans is toch net iets anders dan tussen vier klasmuren zitten boven je studieboek. Ik bedenk me dat ik dringend mijn leraar Italiaans moet bedanken. Tenslotte was hij het die me de sleutel aanreikte tot de bewegingsvrijheid die ik nu voel in deze taal.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten