‘Je
houdt niet van verandering’. Een broodmagere lange IT-er met van die vettige
haarslierten in zijn dunne nek, een vage kennis van mijn Griekse buren, wees een
beschuldigend vingertje naar me. Ik kreeg zijn telefoonnummer op een briefje,
belde hem op omdat mijn computer te traag opstartte, en voelde vrijwel
onmiddellijk spijt van mijn vraag om hulp.
‘Wat
zeg je?’ Ik dacht dat ik het niet goed gehoord had. Het was al zo lang geleden
dat iemand me dit nog gezegd had. Meteen voelde ik woede opborrelen. Ik? Niet van verandering houden? Komaan, zeg! Als er één iemand is die
voortdurend verandering opzoekt, ben ik het toch wel!
‘Dat je
niet van verandering houdt.’ Hij had me net gevraagd of hij mijn bureaublad
schoon mocht vegen.
‘Dat is
nou zo typisch voor vrouwen’, zei hij, ‘je bureaublad staat barstensvol
documenten en mappen en icoontjes die je negen van de tien nooit aanklikt.’ Ik
keek hem niet begrijpend aan, snapte niet wat hij daar zo ergerlijk aan vond.
‘Mag ik
je bureaublad schoonmaken?’ vroeg hij nogmaals.
‘Wat
bedoel je precies?’
‘Wel,
ik stop alles van je bureaublad in één map en als je die dan open klikt, vind je
alles terug wat op je bureaublad staat, maar dan is je bureaublad tenminste
leeg.’
‘Maar
waarom moet dat bureaublad dan leeg?’
‘Het is
een chaos. En het vertraagt je computer.’
‘Maar
zoveel staat er toch niet op?’
‘Ik zie
je achtergrondfoto amper!’
‘Mooie
foto hé, genomen op Ikaria, op het hoogste punt in de bergen.’ Jammer, de
poging om hem met humor te misleiden mislukte, hij kon er niet om lachen.
‘Wel?
Mag ik?’
‘Neen,
je mag niet’, zei ik. ‘Ik hou ervan dat mijn bureaublad vol staat. Het is mijn
persoonlijke prikbord, en die gele
mappen functioneren als gele post-its, ik stop daarin wat ik absoluut niet mag
vergeten, of wat er op dat moment in mijn leven belangrijk is om te onthouden’,
zeg ik, geïrriteerd.
Hij zucht en kijkt hulpeloos naar mijn bureaublad. Hij
doet zijn best om te ontcijferen wat er staat. Zo heb ik een map
‘ggvnskrnt&tss’ of een map ‘Italiafilmstodo’,
‘radioprogramsgemist’, ‘foto’s oude doos’,
‘Italiaanseuitdrukenwdschat’ (ja de namen van mijn mappen zien er inderdaad zo
uit) of een map ‘meditatie&muziek’, en documenten zoals ‘kloosters in Rome’, ‘inschrijfformulieren’, ‘ceevee’, en ‘pow'. Wat op mijn bureaublad staat, zijn dingen die nog afgewerkt
moeten worden, of onder mijn aandacht moeten blijven.
‘Je
blijft er af’, zei ik, en probeerde mijn stem vriendelijk te laten klinken. ‘Ik
weet precies waar alles staat. Voor mij is dat helemaal niet onoverzichtelijk.’ En even plots als
mijn woede opborrelde, zakte ze weer. Ik besefte: hij heeft verdomd gelijk: ik
hou niet van verandering. Ik ben een zodanige control freak dat ik, als er verandering moet doorgevoerd, dat dan
ook zelf wil doen. Zonder
pottenkijkers, zonder hulp. En dat zeg ik hem ook.
‘Ik hou
inderdaad niet van verandering. Toch niet als die instant moet. Ik heb tijd
nodig om aan het idee te wennen. Maar ik heb je boodschap begrepen en over enkele
dagen doe ik het zelf. Ik beloof je, ik maak mijn bureaublad schoon. Ik hou wel
van verandering, maar het moet op mijn tempo.’
‘Oké.
Jij je zin.’
Het
mooie van de zaak is dat ik het inderdaad deed, een dag of drie later, dat
schoonmaken. Ik plaatste zelfs een nieuwe foto als achtergrond: een gebruinde, levenslustige ik in Italië. Zo onwerkelijk mooi dat het nog pijn
doet aan mijn ogen telkens ik mijn laptop openklap. Dat lege bureaublad, bedoel ik.