Translate my blog

vrijdag 31 december 2010

Nieuwjaarsnacht: alleen om twaalf

Koffieblik in decembersneeuw
31 december/1 januari 
Klokslag twaalf log ik in op mijn blog. Ik ben zonet met de auto thuisgebracht. Dat was tot vanochtend niet het plan: ik zou samen met vrienden nieuwjaarsnacht in Mechelen vieren. Een acute buikgriep besliste daar anders over. Na een hele dag slapen en een dieet van slappe cola en 2 bananen, hoopte ik weer fit te zijn voor het feest. Niet dus. Mijn nieuwjaarsmaaltijd bestond uit witte rijst en wat voorzichtige lepels Thaise curry. Zelfs het glaasje cava, waar ik doorgaans zo gulzig weet mee om te springen, voelde als een ongenode gast in mijn maag. Gezellig is anders. Vanavond koos ik dus om als een kluizenaar van op vier hoog, het Antwerpse vuurwerk te aanschouwen. Et voilà, hier zit ik dan. Buiten knalt en rommelt het, hierbinnen is het gezellig, warm en stil. Niemand om te kussen, niemand om te knuffelen, maar dat vind ik wel fijn zo. Vreemd genoeg overvalt de stilte me niet als een gemis, maar als een comfortabel dekentje. Ik zou op dit moment nergens anders willen zijn.

Vanochtend werd ik wakker zoals altijd op een 31ste december: het is de laatste dag van de donkerste maand... yippie! Met even later de zich opdringende, als was het voorgeprogrammeerde, weemoed. Ogen die volschieten en gedachten die alle kanten uitwaaieren, in een hopeloze poging herinneringen vast te pinnen. Ik stel me mijn geheugen dan voor als een soort van mega Tupperwaredoos, waarin ik de belangrijkste herinneringen aan 2010 een leven lang wil bewaren. Met de fabrieksgarantie van 'een leven lang' (want dat is met mijn hoofd van gatenkaas niet altijd even evident). Hooguit vijf minuten duurde die weemoed. De eerste opstoot van buikgriep dwong me immers tot een hoogdringende spurt naar het toilet. En als er de rest van de dag al tranen waren, nu ja dan waren er dat van pure pijn en frustratie.

Nu, om twintig over twaalf, kies ik in gedachten alvast een doos voor het komende jaar. Een stevig blik dit keer. Misschien wel zo eentje als op bovenstaande foto: een vrolijk knipogend blik met daarin nog de geur van koffie bewaard. En dan stop ik er stiekem drie wensbriefjes in voor de komende maanden (die ik er dan volgend jaar weer kan uitpeuteren om te zien of mijn magische djinn -op deze doos heet ze 'Mrs Rose'- haar werk goed heeft gedaan): Italië in januari-februari, Sri Lanka en Indonesië in maart, april en mei, om daarna weer terug te keren naar Italië. Djinn, djinn, djinn, liefste Mrs Rose, aan de slag!

De laatste vuurwerkpijlen zijn afgeschoten. Geen uit de ramen hangende overburen meer die 'Happy New Year' in alle talen over de daken krijsen. Geen fluit-KNALLende rotjes en gillende rotjochies meer in de straat beneden. Ik juich te vroeg: een auto met open ramen en jengelmuziek heeft zich zonet voor de deur geparkeerd. Jammer. Nog even wachten, en dan kan ik het nieuwe jaar inzetten op de plek waar ik nu het liefste zou liggen: languit op mijn matrasje op de grond van de woonkamer. Met een 'microwavewarm' kersenpitkussentje op mijn zere buik.

02/01 Big curls for crazy girls en de sigaret is enkel voor de pose:-)

woensdag 29 december 2010

Soms mis ik ruimte

Kat in doos: verboden dicht te vouwen!
Ruimte heb ik broodnodig. Nu kan je zeggen: 'jawadda, wie niet?' Maar ruimte en ruimte is niet hetzelfde. Mijn lijf heeft ruimte nodig om in te bewegen, en in mijn hoofd, vooral in dat hoofd, heb ik véél ruimte nodig. Emotionele ruimte, psychologische ruimte, noem het hoe je wil, maar als ik geen ruimte krijg, word ik zo onrustig en jankerig als een kat in een gesloten kartonnen doos. Nu ik al een hele tijd een 'logeermens' ben en mijn eigen huis moedwillig heb afgestaan, besef ik regelmatig welke plaats 'ruimte' inneemt in mijn leven. 


Over ruimte in vierkante meters: ik logeer in huizen van anderen, het ene huis al volgestouwder dan het andere. En ik vind het helemaal niet erg om uren en dagen tussen spullen van anderen te bewegen, maar als ik niet de vrijheid heb om me volgens mijn eigen impulsen te bewegen en geacht wordt me te voegen aan de huiselijke regels en gezette tijden, nu ja, dan word ik kregelig.  Want dan mis ik de ruimte.
Laatst logeerde ik een huis waar er speciaal voor mij ruimte was gemaakt: lege kleerhangers, lege lades in kasten, een opgemaakt bed ... kortom een verwelkomende leegte, speciaal voor mij. Innerlijk huilde ik dankbaar, want die lege lades symboliseerden een groter goed: ruimte die alleen ik mocht innemen. 

Zo logeer ik af en toe ook in het ouderlijk huis, tussen herinneringen en oude gewoontes. Ik word geacht en er wordt verwacht. Drie dagen hou ik dat vol en dan moet ik weer mijn stad in, de plek waar ik door de jaren heen mijn persoonlijke ruimte creëerde. En nu kan ik daar het cliché opkleven dat het sowieso geen goed idee is om op je vierendertigste weer bij je ouders te logeren, maar ik wil daar aan toevoegen dat ik nu eindelijk ook weet waarom. Het heeft minder te maken met wie mijn ouders zijn (schatten van mensen), dan wel met wie ik zelf geworden ben. Ik pas niet meer in het plaatje dat ik van mezelf had als kind, als opgroeiende tiener in dat huis. Nu, na vijftien jaar uithuizigheid, beweeg ik nog steeds volgens dezelfde patronen in dat huis: ik grijp blindelings naar glazen en borden en dek de tafel zoals ooit, ik zet slappe koffie, snijd het brood aan en bewaar de kruimels voor de kippen, ik weet hoe ik de lakens moet vouwen en hoe ik de wasmachine aanzet, wanneer er gestofzuigd moet worden en wanneer het etenstijd is, om hoe laat de krant in de brievenbus zit en op welke tafel ik de bijhorende brieven moet leggen, om hoe laat 'Thuis' begint en op welk volume welke radiozender moet staan, en deze oude gewoontes zouden rust kunnen geven, maar dat doen ze dus niet. De volwassen vrouw die ik vandaag ben, vindt in deze gewoontes, in dit huis, niet meer de ruimte die ze nodig heeft. 

Hetzelfde geldt voor andere plekken waar ik zonder het te beseffen, 'uitgroeide'. Ooit begon ik in het onderwijs met het idee dat dat één van de weinige jobs is waarin je vrij kan bewegen, waarin je je eigen ruimte volledig naar eigen behoefte kan invullen. Over de jaren heen ben ik echter vaak gebotst op het tegendeel: het gebrek aan ruimte. Letterlijk, want het schoolgebouw heeft nu eenmaal een ruimtetekort en iedereen botst in de gangen zowat tegen iedereen aan, maar vooral in de figuurlijke zin. Nooit gedacht dat ik me zo kon gaan irriteren aan het strakke ritme van de schoolbel, het ingesnoerd zijn in een keurslijf van telkens 50 minuten. Ja, ook daar mis ik soms ruimte.
Nu ik in loopbaanonderbreking ben, voel ik me geweldig, precies omdat ik kan gaan en staan waar en wanneer ik wil, kan leven op mijn ritme (dat doorgaans veel trager ligt dan het jachtige werkleven), en tijd kan maken voor mensen en dingen. Ja, ik schonk mezelf dit jaar het heerlijkste cadeau: een enorme portie ruimte.

zondag 19 december 2010

December snowwhite days

19 december


I never planned to be in Belgium this time of year (first and foremost reason: I can't stand the cold) but now that I have spent almost one month in freezing snowy Antwerp, I must say that I'm very happy that I did. New things are coming on my way in this little part of the world as well, and although I hate snow, I can't but smile about the crazy situations this kind of weather brings me into. I tiptoe and slide through the streets of Antwerp these days -you cannot imagine how slippery the roads are over here. And the silence of a covered city is amazing. As if going years back, when cars not yet dominated the streets.

Anyway, just to say that I'm making the most of every day, taking care of friends with broken body parts and doing odd jobs. The past week I've been painting in the house of a friend. Hard work, but even in such moments I find the time to have real fun. 







donderdag 9 december 2010

Broodpudding voor gebroken enkels

Broodpudding wachtend op thuiskomst van patiënte


Vorige weekend werd mijn huisgenote Evi slachtoffer van de gladde Antwerpse wegen. Met een gebroken enkel en een operatie als resultaat. En wat doe je dan om de spanning van het wachten op een goede afloop (operatie) te verminderen? Inderdaad, broodpudding bakken! En niet zomaar broodpudding, neen, een versie à la Joey (d.w.z. zo eigenzinnig als de pest:-). 
Ik geef het toe: voor het basisrecept raadpleegde ik 'Ons Kookboek', de kookbijbel van alle vrouwen. Maar omdat Evi altijd een paradijs aan restjes in haar keukenkasten heeft, en ik mijn titel van 'Queen of the Restjes' moet hooghouden, heb ik de broodpudding een hoog restjesgehalte gegeven. Als basis zit er sowieso in: broodresten, eieren, peperkoek, kaneel, suiker, honing, rozijnen, melk. Maar dan ook: droge pruimen, walnoten, amandelnoten, cranberries, snuifje peper en enkele stukjes witte chocola. Toevallige ingrediënten dus. en het resultaat was hemels. Evi blij, ik blij, en alle bezoekers die de voorbije dagen door onze woonkamer waaiden, ook blij.

Evi met gipsverband en warm deken om haar tenen

Düsseldorf in winter

6 december

On our way to Düsseldorf, Germany

Morning coffee for a sleepy head

!!!!!!!!!!!!

Hans ordering hot soup and fresh salmon in the streets

How do you play this again?

Düsseldorf skyline

It doesn't look like it, but it was freezing cold!

The beauty of Belgian winter

5 december

A giant wall of ice

Snowy bridge

Even the dead have a blanket of snow

Misty forest

woensdag 8 december 2010

Meditation: back to basics

The fun of meditation


Yesterday, when I least expected it, I found myself at the right spot at the right time. To sketch the situation: I felt totally and utterly confused. Here I was, back in Belgium, surrounded by loving friends, in a beautiful city to walk in, but I couldn't help feeling restless and uncomfortable. My thoughts went on the run with me, and I couldn't control them going too far away (into the future, into questions, into everything that takes me down). Yes, sometimes I just want to take a rifle and gun these thoughts down like birds, one by one. A friend of mine used to call them 'unusual thoughts', good for nothing, bringing only confusion because they don't connect with reality at all. 

So there I was, yesterday evening, in a café in Antwerp, together with a good friend. No table available, except for one: a man drinking beer on his own, three chairs empty next to him. Of course we sat down on these chairs, and of course it only took a short while before the three of us started to talk. And yes, the world is small, and Antwerp is a tiny no-town if you come to think of it, because before we knew, it, the three of us had all kinds of invisible threads in the world that connected us. Most surprising was not the meeting in itself (it happens every day if you go out and search for it), but the topic of the conversation: meditation, retreat, silence and what all this can do to the human mind. 

And so I've come to a point in this blog where I admit that for a long time (let's say the past 5 years) I have been quietly longing for an inner state of silence and peace. I have already been doing my best to try and find it through several workshops, studies, creative therapies and so on, but the best experience I had was when I started meditating about three years ago. During the year that I practised it every day for at least an hour, I felt free, light, focused and down-to-earth. As if some kind of veil was taken away from before my eyes. The big puzzle of daily life with all its unexpected and sometimes unwanted impressions, sounds, lights, emotions and voices suddenly appeared not to be a confusing puzzle at all. I could breathe into it. 

Unfortunately enough, I stopped meditating. And now, even though I have a long 'holiday' and am supposed to be more 'relaxed', I feel more puzzled with each day that passes. I stopped meditating for no reason at all. At least, that is what I thought at first. But the truth lies in three words: I got scared. And from that moment during meditation (a moment of anger, anguish and terror), meditating became threatening. 

Have I never tried it again during the past year? Of course I have. For five minutes or so. As soon as I sat down on my little wooden bench, knees crossed, hands in my lap, I could feel my whole body saying 'thank you'. An enormous feeling of relief would flow from head to toe, relaxing my shoulders, neck and especially my spine. But I could hear my limbs whisper 'hurry up' to each other, as if every inch of my body knew that they would only get five minutes to breathe themselves into life again.

Five minutes. No more. That is how afraid I was to be drawn again into this state of anguish. I was, and I still am, scared to death of what I will find when I let go of my ego, of the things that I regard as 'me'.  And I will tell you why: because I couldn't put into words what I was experiencing. I wanted to have some control over what was happening in the cellar of my soul and brains, but control seemed impossible, so I stopped meditating.

And yet, just when I forget about meditation and about all the merit it gives me, when my ego takes control again and leads me further and further away from my soul because of all of the opportunities I have, and all the things I can see and must do in one year, and what a waste it would be not to do, not to go, when I feel that time will never be enough, then, exactly then, I meet a man who says: ' Retreat, let time stretch before you as an endless path. It's a gain of time, never a loss, and you will be able to breathe again into the world.'

This one sentence, given to me by mere coincidence, took me back to where I left off egowise a year ago. My goal for the new year will be: to stretch out time in front of me, as a giant mattress on which I can jump and play and be happy, even if I don't move one inch away from my little wooden bench. I don't have to travel to gather experience; I am experience. All the things I need, will come to me in the right time. In this I have faith.

I am a part of all that I have met;
Yet all experience is an arch wherethrough
Gleams that untravelled world, whose margin fades
For ever and for ever when I move.
Quote from 'Ulysses', written by Lord Alfred Tennyson (1809-1892)